ECLI:NL:CRVB:2011:BP2052
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- M.C. Nijholt
- R. Kooper
- G.L.M.J. Stevens
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om toekenning van een periodieke uitkering als weduwe op grond van de Wubo
In deze zaak heeft appellante, geboren in 1937, een aanvraag ingediend voor een periodieke uitkering als weduwe op grond van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Wubo). Deze aanvraag werd afgewezen door de Raadskamer WUBO van de Pensioen- en Uitkeringsraad, omdat appellante sinds 2001 duurzaam gescheiden leefde van haar echtgenoot, die in november 2005 overleed. Appellante heeft in beroep aangevoerd dat de scheiding het gevolg was van het gedrag van haar echtgenoot, dat samenwonen onmogelijk maakte, en dat zij in veel opzichten met hem verbonden bleef, onder andere door hem regelmatig te bezoeken en voor hem te zorgen.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. De Raad concludeert dat appellante niet wettig gescheiden is, maar op grond van de Wubo als ongehuwd kan worden aangemerkt, omdat zij duurzaam gescheiden leeft van haar echtgenoot. De Raad verwijst naar eerdere jurisprudentie waarin is vastgesteld dat een duurzame scheiding kan worden aangenomen wanneer de betrokkenen hun leven afzonderlijk leiden, zelfs als er nog contact is en zorg wordt verleend.
De Raad heeft geoordeeld dat de omstandigheden van de zaak voldoende grondslag bieden voor de conclusie dat appellante en haar echtgenoot duurzaam gescheiden leefden. De uitspraak van de Raad verklaart het beroep ongegrond, en er zijn geen termen aanwezig voor een proceskostenvergoeding. De beslissing is openbaar uitgesproken op 20 januari 2011.