ECLI:NL:CRVB:2010:BO7437
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 december 2010 uitspraak gedaan over het verzet van appellante tegen een eerdere uitspraak van 12 februari 2010, waarin haar hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De aanleiding voor het verzet was dat er niet gereageerd was op een faxbericht van 3 november 2009, waarin appellante verzocht om verlaging van het griffierecht. De Raad constateerde dat het griffierecht niet tijdig was voldaan, maar dat er geen reactie was gegeven op het verzoek van appellante. Hierdoor werd het verzet gegrond verklaard, en de eerdere uitspraak verviel. Het onderzoek zal worden voortgezet in de stand waarin het zich bevond.
De Raad heeft appellante in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen acht weken te voldoen en heeft haar ook gevraagd om de gronden van het hoger beroep binnen vier weken in te dienen. De Raad benadrukte dat de verwijzing naar eerdere gedingstukken niet voldoende was om de gronden van het hoger beroep te onderbouwen. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is ondertekend door de voorzitter T.G.M. Simons en griffier R. Groothuis.