ECLI:NL:CRVB:2010:BN5965
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toepassing pensioen met korting wegens niet verzekerde jaren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 3 september 2010 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant, die in Marokko woont. Appellant had hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 7 mei 2009, waarin het beroep tegen het besluit van de Sociale verzekeringsbank (Svb) ongegrond was verklaard. De Svb had appellant op 19 oktober 2007 een pensioen toegekend op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW), maar met een korting van 46% vanwege 23 niet verzekerde jaren. Appellant was van mening dat het aan hem toegekende AOW-pensioen niet hoog genoeg was en verzocht om nieuw onderzoek door de Svb.
De Centrale Raad van Beroep heeft in zijn overwegingen de argumenten van appellant beoordeeld. De Raad onderschreef de overwegingen van de rechtbank en concludeerde dat appellant geen nieuwe informatie had ingebracht die de stelling dat het aantal verzekerde jaren onjuist was, kon onderbouwen. Hierdoor werd het hoger beroep van appellant niet gegrond verklaard. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd gedaan door T.L. de Vries, in tegenwoordigheid van A.L. de Gier als griffier. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden, indien zij menen dat er sprake is van schending of verkeerde toepassing van de relevante bepalingen.