ECLI:NL:CRVB:2010:BM3445
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen uitspraak over niet-ontvankelijkheid hoger beroep inzake WAO-V
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 april 2010 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van 10 december 2009. In die uitspraak was het hoger beroep van appellant tegen een beslissing van de rechtbank Amsterdam niet-ontvankelijk verklaard. Appellant, wonende in Marokko, had verzet aangetekend tegen deze beslissing. Tijdens de zitting op 8 maart 2010 zijn partijen, met uitzondering van het Uwv, niet verschenen. De Raad overwoog dat het griffierecht niet tijdig was betaald, wat de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep verklaarde. Appellant had in zijn verzetschrift argumenten aangevoerd die betrekking hadden op het besluit dat in beroep was bestreden, maar niet op de uitspraak van de Raad van 10 december 2009. De Raad concludeerde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de eerdere uitspraak in twijfel trokken. Daarom werd het verzet ongegrond verklaard. Het te laat betaalde griffierecht van € 110,-- zou aan appellant worden terugbetaald, maar er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de kosten van het verzet. De uitspraak werd openbaar gedaan door T.G.M. Simons, met R. Groothuis als griffier.