ECLI:NL:CRVB:2010:BL8062
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake WAJONG-V
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 maart 2010 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Zutphen van 1 juli 2009. De rechtbank had het hoger beroep van appellant niet-ontvankelijk verklaard, omdat het hogerberoepschrift niet tijdig was ingediend. Appellant heeft verzet aangetekend tegen deze uitspraak. Tijdens de behandeling van het verzet op 8 maart 2010 zijn partijen niet verschenen.
De Raad heeft overwogen dat het afschrift van de aangevallen uitspraak op 1 juli 2009 per aangetekende brief naar het bij de rechtbank bekende adres van appellant is verzonden. Deze brief werd op 3 juli 2009 door de rechtbank terugontvangen met de mededeling dat appellant 'vertrokken' was. Vervolgens is het afschrift op 13 juli 2009 opnieuw verzonden naar het adres waar appellant op dat moment stond ingeschreven. Appellant heeft op 20 augustus 2009 hoger beroep ingesteld, maar de Raad concludeert dat het hogerberoepschrift niet tijdig is ingediend.
Appellant heeft in zijn verzet betoogd dat het hogerberoepschrift op 20 augustus 2009 is ontvangen en dat hiermee voldaan zou zijn aan de voorwaarden van de Algemene wet bestuursrecht. De Raad heeft echter geoordeeld dat het hogerberoepschrift niet vóór het verstrijken van de termijn ter post is bezorgd. De Raad heeft geen feiten of omstandigheden kunnen vaststellen die de overschrijding van de termijn verschoonbaar zouden maken. Daarom heeft de Raad het verzet ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.