ECLI:NL:CRVB:2010:BL2140

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
20 januari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09-2857 AW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet-betaald griffierecht

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 januari 2010 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage van 30 maart 2009. Het hoger beroep was ingesteld door appellant, vertegenwoordigd door mr. A. Keulemans van Stichting Achmea Rechtsbijstand, tegen de uitspraak van de Raad van 28 september 2009, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard omdat het verschuldigde griffierecht niet was betaald. Appellant heeft verzet aangetekend tegen deze uitspraak, vertegenwoordigd door mr. C.R. Rutte, advocaat te Alkmaar.

De zitting voor het verzet vond plaats op 9 december 2009, maar partijen zijn niet verschenen. De Raad heeft overwogen dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was bijgeschreven op de rekening van de Raad, en dat appellant in verzuim was. Mr. Rutte voerde aan dat de brief van 13 juli 2009 ten onrechte niet aan hem was verzonden, maar aan mr. Keulemans. De Raad heeft deze stelling verworpen, omdat de brief wel degelijk naar het juiste kantooradres van mr. Rutte was verzonden.

De Centrale Raad van Beroep heeft geconcludeerd dat het verzet ongegrond is en dat er geen grond is voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van griffier R. Groothuis, en is openbaar uitgesproken op 20 januari 2010.

Uitspraak

09/2857 AW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
als bedoeld in artikel 8:55, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet in verband met het hoger beroep van:
[appellant], (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage van 30 maart 2009, 08/6440, (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden
Datum uitspraak: 20 januari 2010
I. PROCESVERLOOP
Bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet van 28 september 2009 heeft de Raad het namens appellant door mr. A. Keulemans, werkzaam bij Stichting Achmea Rechtsbijstand, ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen de uitspraak van de Raad van 28 september 2009 heeft mr. C.R. Rutte, advocaat te Alkmaar, namens appellant verzet gedaan.
Het verzet is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 9 december 2009, waar partijen - appellant met voorafgaand bericht - niet zijn verschenen.
II. OVERWEGINGEN
De uitspraak van de Raad van 20 augustus 2008 berust op de overwegingen dat het verschuldigde griffierecht niet binnen de bij - aangetekend verzonden - brief van 13 juli 2009 nader gestelde termijn van vier weken is bijgeschreven op de rekening van de Raad dan wel ter griffie is gestort, en dat redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat appellant niet in verzuim is geweest.
Vaststaat dat het verschuldigde griffierecht niet is betaald.
In het verzetschrift heeft mr. Rutte, die zich bij brief van 7 juli 2009 als opvolgend gemachtigde van appellant heeft gesteld, aangevoerd dat de brief van 13 juli 2009 ten onrechte niet is verzonden aan hem, maar aan mr. Keulemans.
Deze stelling is feitelijk onjuist. Uit de gedingstukken blijkt dat de brief van 13 juli 2009 is verzonden aan - het juiste kantooradres van - mr. Rutte.
Dit betekent dat het verzet ongegrond dient te worden verklaard.
Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet bestaat geen grond.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Verklaart het verzet ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van R. Groothuis als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 20 januari 2010.
(get.) T.G.M. Simons.
(get.) R. Groothuis.
SB