ECLI:NL:CRVB:2009:BK8348
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.J. Simon
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag ouderdomspensioen AOW door de Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellant, geboren in 1940, een aanvraag voor een ouderdomspensioen ingevolge de Algemene Ouderdomswet (AOW) ingediend bij de Sociale verzekeringsbank (Svb). De aanvraag werd afgewezen op 17 augustus 2007, omdat de Svb van mening was dat appellant niet voor de AOW verzekerd was geweest in de periode van 1970 tot en met 1976. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd op 6 november 2007 ongegrond verklaard. De rechtbank Amsterdam heeft op 10 juli 2008 de uitspraak van de Svb bevestigd, waarna appellant in hoger beroep ging bij de Centrale Raad van Beroep.
Tijdens de zitting op 19 november 2009 was appellant niet aanwezig, maar de Svb werd vertegenwoordigd door mr. M. Sturmans. De Raad heeft overwogen dat de Svb voldoende onderzoek heeft verricht naar de verzekeringsstatus van appellant. De Raad heeft vastgesteld dat er geen bewijs is dat appellant in de door hem genoemde periode in Nederland heeft gewoond of gewerkt. De Raad heeft de informatie die door de Svb was ingewonnen, waaronder navraag bij verschillende instanties, als voldoende beschouwd.
De Centrale Raad van Beroep heeft geconcludeerd dat er onder de gegeven omstandigheden niet kan worden aangenomen dat appellant in de periode van 1970 tot en met 1976 voor de AOW verzekerd is geweest. Daarom heeft de Raad het hoger beroep van appellant afgewezen en de uitspraak van de rechtbank bevestigd. De uitspraak is gedaan op 31 december 2009 en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.