ECLI:NL:CRVB:2009:BK7223
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag voor toeslag en uitkering op basis van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945
In deze zaak heeft appellant, geboren in 1931 in het voormalige Nederlands-Indië, beroep ingesteld tegen een besluit van de Raadskamer WUBO van de Pensioen- en Uitkeringsraad, dat op 23 september 2008 was genomen. Appellant had een aanvraag ingediend voor een toeslag, een periodieke uitkering en een voorziening op basis van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945. Het bestreden besluit handhaafde de afwijzing van zijn aanvraag, waarbij werd gesteld dat er onvoldoende bewijs was voor de directe betrokkenheid van appellant bij de beschietingen in Batavia tijdens de Bersiap-periode en dat de gebeurtenissen in Makassar niet onder de werking van de Wet vielen.
De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van verweerster gevolgd met betrekking tot de gebeurtenissen in Batavia, maar kwam tot de conclusie dat appellant wel degelijk direct betrokken was bij een beschieting door een Japans vliegtuig op zijn theeonderneming in 1942. De Raad oordeelde dat, hoewel niemand geraakt was, de beschieting zo dichtbij plaatsvond dat er sprake was van directe betrokkenheid en een calamiteit in de zin van de Wet. De Raad heeft het beroep van appellant gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, met de opdracht aan verweerster om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak.
De uitspraak werd gedaan op 10 december 2009 door A. Beuker-Tilstra, in tegenwoordigheid van griffier B.E. Giesen. De Raad heeft geen voor vergoeding in aanmerking komende proceskosten vastgesteld, maar heeft verweerster wel opgedragen het griffierecht van € 35,- aan appellant te vergoeden.