ECLI:NL:CRVB:2009:BK5308
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring bezwaar tegen bestreden besluit in het kader van de AWBZ
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 november 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellante tegen een besluit van de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Appellante had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 5 december 2007, waarbij haar bezwaar niet-ontvankelijk was verklaard omdat het te laat was ingediend. De rechtbank Arnhem had in haar uitspraak van 16 juli 2008 het beroep van appellante ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep bij de Centrale Raad.
De Raad heeft in zijn uitspraak de overwegingen van de rechtbank volledig onderschreven en voegde hieraan toe dat de SVB op correcte wijze had aangegeven hoe en binnen welke termijn bezwaar gemaakt kon worden. De Raad benadrukte dat de Algemene wet bestuursrecht (Awb) vereist dat bij de bekendmaking van een besluit melding wordt gemaakt van de mogelijkheid tot bezwaar, inclusief de termijn en het orgaan waar bezwaar kan worden gemaakt. Appellante had weliswaar telefonisch aangegeven het niet eens te zijn met het besluit, maar dit vormde volgens de Raad geen geldige reden om de overschrijding van de bezwaartermijn als verschoonbaar te beschouwen.
De Raad concludeerde dat er geen andere omstandigheden waren die erop wezen dat appellante niet in verzuim was geweest. Daarom werd het bezwaar van appellante terecht niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien de Raad geen aanleiding zag voor een dergelijke veroordeling.