ECLI:NL:CRVB:2009:BJ7304
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H. Bolt
- T. Hoogenboom
- C.P.M. van de Kerkhof
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van teveel betaalde toeslag op basis van de Toeslagenwet
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een teveel betaalde toeslag op basis van de Toeslagenwet (TW). Appellant ontving vanaf 22 december 2004 een toeslag, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) vorderde op 13 december 2006 een bedrag van € 3.788,07 terug. Dit gebeurde op basis van een technische fout die had geleid tot onterecht ontvangen toeslag over de periode van 1 februari 2005 tot 1 januari 2006. Appellant maakte bezwaar tegen deze terugvordering, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard door het Uwv op 29 juni 2007.
De rechtbank Leeuwarden verklaarde het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond. In hoger beroep stelde de Centrale Raad van Beroep vast dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat appellant in zijn bezwaarschrift had aangegeven dat de toeslag over de periode van februari 2005 tot en met juli 2005 al eerder was betaald, namelijk in augustus 2005. Daarnaast bleek uit de door het Uwv verstrekte specificaties dat ook over de periode van augustus 2005 tot en met december 2005 dubbel toeslag was betaald.
De Raad kon appellant niet volgen in zijn stelling dat de specificaties onbetrouwbaar waren, aangezien hij geen begin van aannemelijkheid had verschaft voor deze bewering. De Raad bevestigde de overwegingen van de rechtbank en oordeelde dat het Uwv terecht het bedrag van appellant had teruggevorderd. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter H. Bolt en de leden T. Hoogenboom en C.P.M. van de Kerkhof aanwezig waren. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 9 september 2009.