ECLI:NL:CRVB:2009:BJ6586
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Beuker-Tilstra
- G.L.M.J. Stevens
- A.A.M. Mollee
- Rechtspraak.nl
Korting op militair invaliditeitspensioen in verband met AOW-uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 augustus 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een gewezen dienstplichtig militair, appellant, tegen de Staatssecretaris van Defensie. De zaak betreft de korting op het militair invaliditeitspensioen van appellant, die werd toegepast vanwege het ontvangen van een AOW-pensioen na het bereiken van de leeftijd van 65 jaar. De staatssecretaris had in 2007 besloten dat er een korting van € 3.397,92 per jaar op het invaliditeitspensioen moest worden toegepast, wat door appellant werd betwist. De rechtbank had het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarna appellant in hoger beroep ging.
De Raad overwoog dat de korting op het invaliditeitspensioen terecht was toegepast, aangezien de wettelijke voorschriften dit voorschrijven. De Raad benadrukte dat de dwingendrechtelijke bepalingen die de inbouw van het AOW-pensioen op het militaire invaliditeitspensioen regelen, geen inbreuk maken op het levenslange karakter van het toegekende pensioen. De Raad merkte op dat appellant al bij de toekenning van het pensioen in 1966 op de hoogte was van de mogelijkheid van een korting bij het bereiken van de AOW-leeftijd. De Raad concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven om van de wettelijke kortingsbepalingen af te wijken.
De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een proceskostenveroordeling in hoger beroep. De Raad wees erop dat appellant niet op onjuiste informatie had vertrouwd, aangezien hij tijdig informatie had ontvangen over de gevolgen van de AOW voor zijn pensioen. De Raad concludeerde dat de staatssecretaris correct had gehandeld en dat de korting op het invaliditeitspensioen rechtmatig was.