ECLI:NL:CRVB:2009:BJ6574
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. Beuker-Tilstra
- K. Moaddine
- Rechtspraak.nl
Toekenning aanvraag om als vervolgde op grond van de WUV in aanmerking te worden gebracht voor een periodieke uitkering
In deze zaak heeft appellant, geboren in 1940 in het voormalige Nederlands-Indië, een aanvraag ingediend bij de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad om als vervolgde op grond van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (WUV) in aanmerking te komen voor een periodieke uitkering. De aanvraag werd ingediend in november 2007, maar verweerster heeft deze afgewezen op 13 juni 2008, met de motivatie dat de psychische klachten van appellant, hoewel erkend, niet leidden tot een verminderd functioneren ten opzichte van leeftijdsgenoten. Appellant heeft hiertegen bezwaar aangetekend, maar dit werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 30 september 2008.
De Centrale Raad van Beroep heeft op 20 augustus 2009 uitspraak gedaan in deze zaak. Tijdens de zitting op 16 juli 2009 was appellant niet aanwezig, maar verweerster werd vertegenwoordigd door A.T.M. Vroom-van Berckel. De Raad heeft de medische adviezen van twee geneeskundig adviseurs van de Pensioen- en Uitkeringsraad in overweging genomen, die op basis van een medisch onderzoek door arts G. Kho tot de conclusie kwamen dat de psychische klachten van appellant niet ernstig genoeg waren om te leiden tot beperkingen in zijn functioneren.
De Raad heeft vastgesteld dat het bestreden besluit deugdelijk was voorbereid en gemotiveerd, en dat er geen aanknopingspunten waren om te twijfelen aan de juistheid van het standpunt van verweerster. Appellant had weliswaar aangegeven dat zijn nachtmerries waren toegenomen, maar dit leidde niet tot een ander oordeel over zijn functioneren. De Raad heeft het beroep van appellant ongegrond verklaard en geen termen aanwezig geacht voor vergoeding van proceskosten.