ECLI:NL:CRVB:2009:BH9297
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- G.L.M.J. Stevens
- H.R. Geerling-Brouwer
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van uitkering op grond van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945
In deze zaak heeft appellante, een weduwe van een vervolgde, beroep ingesteld tegen een besluit van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad. Dit besluit, gedateerd 17 augustus 2007, betrof de terugvordering van een te veel betaalde uitkering over het jaar 2003. De Centrale Raad van Beroep heeft op 19 maart 2009 uitspraak gedaan. De appellante ontving sinds 1 januari 2003 een periodieke uitkering op basis van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945. Bij een eerdere berekeningsbeslissing op 31 december 2006 was vastgesteld dat er over 2004 een bedrag van € 1.485,65 te veel was betaald, wat leidde tot een terugvordering. Het bezwaar van appellante tegen deze terugvordering werd gedeeltelijk gegrond verklaard, maar het bezwaar tegen de terugvordering van het bedrag over 2003 werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat dit bedrag al eerder definitief was vastgesteld en teruggevorderd. De Raad overwoog dat er geen nieuwe besluiten waren genomen over de uitkering van 2003, waardoor het bezwaar van appellante in deze kwestie niet ontvankelijk was. De Centrale Raad van Beroep verklaarde het beroep van appellante ongegrond en oordeelde dat er geen termen waren voor vergoeding van proceskosten.