ECLI:NL:CRVB:2009:BH1640

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
6 januari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/6599 WWB-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep in bestuursrechtelijke zaak

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 januari 2009 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen de eerdere uitspraak van 13 augustus 2008. De Raad had in die uitspraak het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Zutphen van 1 november 2007 niet-ontvankelijk verklaard. Appellant heeft verzet aangetekend tegen deze beslissing. Tijdens de zitting op 25 november 2008 was appellant aanwezig, terwijl het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk niet vertegenwoordigd was.

De Raad overweegt dat de aangevallen uitspraak een uitspraak is als bedoeld in artikel 8:84, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Volgens artikel 18, tweede lid, aanhef en onder c, van de Beroepswet is het niet mogelijk om tegen een dergelijke uitspraak hoger beroep in te stellen. De argumenten die appellant in zijn verzet heeft aangevoerd, kunnen niet leiden tot een ander oordeel. De Raad merkt bovendien op dat hij zich bij de eerdere uitspraak onbevoegd had moeten verklaren, maar dit leidt niet tot gegrondverklaring van het verzet.

Uiteindelijk concludeert de Raad dat het verzet ongegrond is en er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van griffier B.C. Rog, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

07/6599 WWB-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
als bedoeld in artikel 8:55, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet in verband met het hoger beroep van:
[Appellant], wonende te [woonplaats] (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Zutphen van 1 november 2007, 07/1499 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk (hierna: College)
Datum uitspraak: 6 januari 2009
I. PROCESVERLOOP
Bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) en artikel 21 van de Beroepswet van 13 augustus 2008 heeft de Raad het door appellant ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen de uitspraak van de Raad van 13 augustus 2008 heeft appellant verzet gedaan.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 25 november 2008. Appellant is verschenen. Het College heeft zich niet laten vertegenwoordigen.
II. OVERWEGINGEN
De uitspraak van de Raad van 13 augustus 2008 berust hierop, dat de aangevallen uitspraak een uitspraak is als bedoeld in artikel 8:84, vierde lid, van de Awb. Ingevolge artikel 18, tweede lid, aanhef en onder c, van de Beroepswet kan tegen een dergelijke uitspraak geen hoger beroep worden ingesteld.
Hetgeen appellant in verzet heeft aangevoerd kan niet leiden tot een ander oordeel.
Ten overvloede merkt de Raad op dat hij zich bij uitspraak van 13 augustus 2008 onbevoegd had dienen te verklaren. Dit leidt echter niet tot gegrondverklaring van het verzet.
Gelet op het voorgaande dient het verzet ongegrond te worden verklaard.
Voor een proceskostenveroordeling ziet de Raad geen aanleiding.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Verklaart het verzet ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons. De beslissing is, in tegenwoordigheid van B.C. Rog als griffier, uitgesproken in het openbaar op 6 januari 2009.
(get.) T.G.M. Simons.
(get.) B.C. Rog.
RB