ECLI:NL:CRVB:2009:BH0193
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- T.G.M. Simons
- B.C. Rog
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 januari 2009 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van 22 augustus 2008, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. Appellant had verzet aangetekend tegen deze beslissing, omdat hij van mening was dat het hoger-beroepschrift tijdig was ingediend. De Raad heeft het onderzoek ter zitting op 25 november 2008 gehouden, waarbij appellant aanwezig was, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) niet. De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de eerdere uitspraak berustte op de stelling dat het hoger-beroepschrift niet tijdig was ingediend en dat appellant niet in verzuim was geweest. Gezien de principiële aard van de argumenten die in verzet zijn aangevoerd, heeft de Raad besloten het hoger beroep niet kennelijk niet-ontvankelijk te achten. De Raad oordeelt dat de ontvankelijkheid van het hoger beroep, en daarmee ook van het bezwaar, in het kader van de reguliere procedure moet worden beoordeeld. Dit leidde tot de conclusie dat het verzet gegrond is, waardoor de eerdere uitspraak van 22 augustus 2008 vervalt. Het onderzoek zal worden voortgezet in de stand waarin het zich bevond, en de pleitnota van appellant zal aan het Uwv worden doorgezonden, zodat het Uwv de gelegenheid krijgt om een verweerschrift in te dienen. De Raad heeft geen grond gezien voor een veroordeling in de kosten van het verzet, gezien de keuze die appellant heeft gemaakt.