ECLI:NL:CRVB:2008:BF9265
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens ontbrekende gronden
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 oktober 2008 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van 29 juli 2008, waarin zijn hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. Het hoger beroep was niet ontvankelijk verklaard omdat het ingediende beroepschrift niet de gronden bevatte waarop het hoger beroep berustte. Appellant had de gelegenheid gekregen om dit verzuim te herstellen, maar heeft de gronden niet binnen de gestelde termijn ingediend.
Appellant heeft in zijn verzetschrift van 2 augustus 2008 aangevoerd dat hij van mening is dat er voor het indienen van gronden van hoger beroep een termijn van zes weken geldt, en dat deze termijn ook voor hem zou moeten gelden. De Raad heeft echter geen aanleiding gezien om van zijn eerdere oordeel af te wijken. De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat appellant geen argumenten heeft aangedragen die kunnen leiden tot de conclusie dat het verzuim hem niet kan worden tegengeworpen.
De Centrale Raad van Beroep heeft geconcludeerd dat het verzet ongegrond is en heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door N.J. van Vulpen-Grootjans, in tegenwoordigheid van R.B.E. van Nimwegen als griffier, en is openbaar uitgesproken op 14 oktober 2008.