ECLI:NL:CRVB:2008:BF7401
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van der Net
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- S.K. Welbedacht
- Rechtspraak.nl
Weigering van WW-uitkering wegens gebrek aan geldige verblijfsvergunning en werknemerstatus
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 oktober 2008 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant, die een WW-uitkering had aangevraagd. De rechtbank 's-Gravenhage had eerder op 9 november 2007 de uitspraak gedaan dat appellant geen recht had op een WW-uitkering, omdat hij op de peildatum, 3 oktober 2005, niet als werknemer kon worden aangemerkt en geen geldige verblijfsvergunning had. Appellant, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. M.G. Evers, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De Raad heeft vastgesteld dat appellant op de datum in geding niet rechtmatig in Nederland verbleef en dat hij geen geldige verblijfsdocumenten had. Het primaire besluit van het Uwv, dat appellant met ingang van 3 oktober 2005 geen WW-uitkering kon toekennen, werd door de Raad bevestigd. De Raad oordeelde dat de eerdere uitspraak van de rechtbank correct was en dat appellant niet in aanmerking kwam voor een WW-uitkering, omdat hij niet voldeed aan de voorwaarden van de WW.
De Raad heeft de overwegingen van de rechtbank overgenomen en benadrukt dat appellant op de peildatum niet als werknemer in de zin van de WW kon worden aangemerkt. De Raad heeft ook aangegeven dat er geen termen waren voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van griffier M. Pijper en is openbaar uitgesproken. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de aangevallen uitspraak en wees het hoger beroep van appellant af.