ECLI:NL:CRVB:2008:BF2445
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- H. Bolt
- P.J. Jansen
- Rechtspraak.nl
Korting op WAO-uitkering wegens inkomsten als zelfstandige en terugvordering door Uwv
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Utrecht, die op 23 november 2006 uitspraak deed in een geschil met de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Appellante ontving sinds 14 november 1994 een uitkering op basis van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) en had een arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Het Uwv had echter besloten om haar uitkering te verlagen en uiteindelijk in te trekken, omdat zij inkomsten uit arbeid als zelfstandige had die duurzaam waren. Appellante was van mening dat het Uwv ten onrechte haar uitkering had verlaagd en teruggevorderd, omdat zij altijd de relevante jaarstukken had ingediend en het Uwv haar volledige uitkering had blijven betalen.
De Centrale Raad van Beroep heeft op 24 september 2008 uitspraak gedaan. De Raad oordeelde dat het Uwv terecht de uitkering had verlaagd en ingetrokken, omdat appellante redelijkerwijs op de hoogte moest zijn van haar inkomsten en de gevolgen daarvan voor haar uitkering. De Raad bevestigde de beslissing van de rechtbank dat er geen aanleiding was om van terugvordering af te zien, omdat er geen dringende redenen waren die dit rechtvaardigden. De Raad concludeerde dat de aangevallen uitspraak, voor zover deze was aangevochten, moest worden bevestigd. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met T. Hoogenboom als voorzitter en H. Bolt en P.J. Jansen als leden, in aanwezigheid van griffier M.C.T.M. Sonderegger.