ECLI:NL:CRVB:2007:BB9900
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- G.L.M.J. Stevens
- C.G. Kasdorp
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van WUV-uitkering op basis van gebrek aan verband met het overlijden van de vader
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 november 2007 uitspraak gedaan in het beroep van appellant tegen een besluit van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad. Appellant had een aanvraag ingediend voor een periodieke uitkering op basis van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945, omdat zijn vader in Japanse krijgsgevangenschap was omgekomen. De aanvraag werd in eerste instantie afgewezen op 24 mei 1994, omdat de omstandigheden waaronder appellant de oorlogsjaren had meegemaakt niet onder het begrip vervolging vielen. Tevens werd op basis van psychiatrische expertise geconcludeerd dat de psychische klachten van appellant niet redelijkerwijs konden worden toegeschreven aan het overlijden van zijn vader.
In het beroep dat appellant instelde, werd de vraag aan de Raad voorgelegd of het bestreden besluit in rechte stand kon houden. De Raad oordeelde dat de medische adviezen die aan de afwijzing ten grondslag lagen, deugdelijk waren voorbereid en gemotiveerd. De psychiater dr. Scott M. Jenkins had in zijn rapportage aangegeven dat de klachten van appellant vooral te relateren waren aan zijn eigen oorlogservaringen, en niet aan het overlijden van zijn vader. Dit werd bevestigd door andere geneeskundig adviseurs die betrokken waren bij de beoordeling van de aanvraag.
De Raad concludeerde dat er geen aanknopingspunten waren om het standpunt van de verweerster te weerleggen en dat appellant geen nieuwe medische gegevens had overgelegd die tot een ander oordeel zouden kunnen leiden. Daarom werd het beroep van appellant ongegrond verklaard. De Raad achtte geen termen aanwezig voor een vergoeding van proceskosten, en de uitspraak werd openbaar gedaan in aanwezigheid van de griffier.