ECLI:NL:CRVB:2007:BB9346
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- G.L.M.J. Stevens
- H.R. Geerling-Brouwer
- Rechtspraak.nl
Weigering van WUV-uitkering en voorzieningen op basis van psychische en lichamelijke klachten ten gevolge van vervolging
In deze zaak heeft appellante beroep ingesteld tegen een besluit van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad, waarin haar aanvraag voor een periodieke uitkering en voorzieningen op basis van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 werd geweigerd. Appellante, geboren in 1939 in het voormalige Nederlands-Indië, stelde dat haar lichamelijke en psychische klachten het gevolg waren van de vervolging die zij had ondergaan. De verweerster erkende appellante als vervolgde, maar weigerde de uitkering omdat niet was aangetoond dat de klachten door of in verband met de vervolging waren ontstaan.
Tijdens de zitting op 11 oktober 2007 werd appellante vertegenwoordigd door haar advocaat, terwijl de verweerster werd vertegenwoordigd door een medewerker van de Pensioen- en Uitkeringsraad. De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van appellante en de verweerster zorgvuldig afgewogen. De Raad concludeerde dat de adviezen van de geneeskundig adviseurs van de verweerster, die stelden dat de lichamelijke klachten van appellante uit andere oorzaken voortkwamen en dat haar psychische klachten niet het niveau van ziekte of gebrek bereikten, deugdelijk waren.
De Raad oordeelde dat er geen grond was voor vernietiging van het bestreden besluit, aangezien de medische gegevens en rapportages geen aanknopingspunten boden om te twijfelen aan de juistheid van de standpunten van de verweerster. De Raad wees ook een verzoek om proceskostenvergoeding af, omdat er geen termen aanwezig waren om dit toe te kennen. De uitspraak werd gedaan op 22 november 2007, waarbij het beroep van appellante ongegrond werd verklaard.