ECLI:NL:CRVB:2007:BB0647
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.R. Geerling-Brouwer
- G.L.M.J. Stevens
- P.J. Stolk
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van besluit inzake Wet buitengewoon pensioen 1940-1945
In deze zaak heeft appellant beroep ingesteld tegen een besluit van de Raadskamer WBP van de Pensioen- en Uitkeringsraad, dat op 30 mei 2006 is genomen. Dit besluit betreft de uitvoering van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945. Appellant heeft verzocht om herziening van een eerder besluit van 27 mei 1987, maar verweerster heeft dit verzoek afgewezen op 28 juni 2005, omdat appellant geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden heeft aangevoerd. De Centrale Raad van Beroep heeft op 12 juli 2007 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep ongegrond werd verklaard.
Tijdens de zitting op 31 mei 2007 was appellant aanwezig, terwijl verweerster werd vertegenwoordigd door A.T.M. Vroom-van Berckel. De Raad heeft in zijn overwegingen verwezen naar eerdere uitspraken in vergelijkbare zaken, waarin appellant ook al grieven had geuit over zijn deelname aan een staking in 1942 en de redenen voor zijn arrestatie en veroordeling tijdens de verplichte tewerkstelling in Duitsland. De Raad concludeert dat de door appellant aangedragen nieuwe feiten, zoals een klachtenrapport en een collage, al eerder aan de orde zijn geweest en daarom niet als nieuw kunnen worden aangemerkt.
De Raad heeft vastgesteld dat er geen grond is voor vernietiging van het bestreden besluit en dat het beroep ongegrond moet worden verklaard. Tevens zijn er geen termen aanwezig voor een vergoeding van proceskosten, zoals bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, met H.R. Geerling-Brouwer als voorzitter en G.L.M.J. Stevens en P.J. Stolk als leden, in aanwezigheid van griffier J.P. Schieveen.