ECLI:NL:CRVB:2007:BA1039
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- J. Riphagen
- A.T. de Kwaasteniet
- J.J. Janssen
- Rechtspraak.nl
Niet tijdig betalen griffierecht en verzet tegen niet-ontvankelijkverklaring
In deze zaak, behandeld door de Centrale Raad van Beroep, staat de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep van appellant centraal. De uitspraak betreft een verzet tegen een eerdere beslissing van 13 oktober 2006, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard omdat het verschuldigde griffierecht van € 105,-- niet tijdig was betaald. De termijn voor betaling was vastgesteld op vier weken na de aangetekende brief van 31 juli 2006. Appellant heeft verzet aangetekend tegen deze beslissing, maar het onderzoek ter zitting op 16 februari 2007 heeft niet geleid tot de aanwezigheid van partijen, waaronder het Uwv, dat voorafgaand had bericht niet te verschijnen.
De Raad overweegt dat er geen aanleiding is om de eerdere uitspraak te herzien. De Raad concludeert dat appellant in verzuim is geweest met de betaling van het griffierecht en dat er geen overtuigende argumenten zijn gepresenteerd die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat appellant het verzuim niet kan worden tegengeworpen. De gestelde financiële onmacht van appellant is niet voldoende onderbouwd en kan niet leiden tot gegrondverklaring van het verzet. De Raad heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
Uiteindelijk verklaart de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond, en bevestigt daarmee de eerdere beslissing. De uitspraak is gedaan door D.J. van der Vos als voorzitter, met J. Riphagen en A.T. de Kwaasteniet als leden, en J.J. Janssen als griffier, en is openbaar uitgesproken op 9 maart 2007.