ECLI:NL:CRVB:2006:AX8778
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 mei 2006 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen een eerdere uitspraak van 14 maart 2006, waarin zijn hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. Het hoger beroep was niet ontvankelijk verklaard omdat het verschuldigde griffierecht van € 103,-- niet binnen de gestelde termijn van vier weken was betaald. Appellant had in zijn verzet aangevoerd dat hij door het grote aantal procedures dat hij had aangespannen, niet in staat was om het griffierecht tijdig te voldoen.
De Raad heeft vastgesteld dat appellant niet binnen de gestelde termijn van vier weken had aangegeven dat hij betalingsonmacht had. Dit gebrek aan communicatie heeft geleid tot de conclusie dat er geen reden was om het verzet gegrond te verklaren. De Raad heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak benadrukt het belang van tijdige betaling van griffierechten en de noodzaak voor appellanten om tijdig te communiceren over eventuele betalingsproblemen. De uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van griffier M. Renden, en is openbaar uitgesproken op 31 mei 2006.