ECLI:NL:CRVB:2006:AX5374
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling na intrekken hoger beroep door gemeente Amsterdam
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 mei 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep, dat was ingesteld door het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam (hierna: appellant) tegen een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam. Appellant heeft op 31 oktober 2005 het hoger beroep ingetrokken. Vervolgens heeft mr. A.M. van den Hurk, advocaat te Amsterdam, namens de betrokkene verzocht om appellant te veroordelen in de proceskosten die betrokkene heeft moeten maken in verband met de behandeling van het hoger beroep. Appellant heeft geen verweerschrift ingediend en het onderzoek ter zitting is met toestemming van partijen achterwege gelaten.
De Raad heeft vastgesteld dat, op basis van artikel 21a van de Beroepswet, het bestuursorgaan kan worden veroordeeld in de kosten indien het hoger beroep door het bestuursorgaan wordt ingetrokken. De Raad heeft geoordeeld dat appellant in dit geval in de proceskosten van betrokkene moet worden veroordeeld, omdat het hoger beroep is ingetrokken. De kosten zijn begroot op € 322,--, te betalen door de gemeente Amsterdam aan de griffier van de Raad.
De uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van T. Hemelrijk-van den Oudenalder als griffier, en is openbaar uitgesproken op 24 mei 2006.