ECLI:NL:CRVB:2005:AU5105
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Th.C. van Sloten
- P.C. de Wit
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijkheidsverklaring hoger beroep in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak gaat het om het verzet van de opposant tegen de niet-ontvankelijkheidsverklaring van zijn hoger beroep door de Centrale Raad van Beroep. De opposant had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage, maar had het verschuldigde griffierecht van € 103,-- niet tijdig betaald. De Raad had eerder op 23 augustus 2005 geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk was, omdat de betaling van het griffierecht niet binnen de gestelde termijnen had plaatsgevonden.
De opposant diende op 6 september 2005 een verzetschrift in, waarin hij zijn verzet tegen de eerdere uitspraak toelichtte. Tijdens de zitting op 18 oktober 2005 was de opposant niet aanwezig, en ook de geopposeerde, het College van burgemeester en wethouders van de gemeente 's-Gravenhage, was niet vertegenwoordigd. De Raad heeft de argumenten van de opposant in het verzetschrift beoordeeld, maar vond geen aanknopingspunten die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat het verzuim van de opposant niet aan hem kan worden tegengeworpen.
De Raad merkte op dat de opposant geen gebruik had gemaakt van de mogelijkheid om bijzondere bijstand aan te vragen voor de kosten van het griffierecht. Gezien deze omstandigheden heeft de Raad het verzet ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door mr. Th.C. van Sloten als voorzitter, in tegenwoordigheid van P.C. de Wit als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 25 oktober 2005.