ECLI:NL:CRVB:2005:AU1306
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G. van der Wiel
- J.P. Mulder
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de arbeidsverhouding tussen een opleidingsbedrijf en een werknemer in het kader van sociale verzekeringen
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de arbeidsverhouding tussen een opleidingsbedrijf en een werknemer in het kader van de sociale werknemersverzekeringswetten. Appellante, een bedrijf dat zich richt op het verzorgen van opleidingen en cursussen, had in 1999 de heer [naam werknemer] in dienst voor het geven van cursussen. Na een looncontrole heeft het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (gedaagde) de arbeidsverhouding onderzocht en geconcludeerd dat deze kwalificeert als een privaatrechtelijke dienstbetrekking. Dit leidde tot de verplichting om de werknemer als verplicht verzekerd te beschouwen voor de sociale werknemersverzekeringswetten.
Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van gedaagde, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank Utrecht bevestigde deze beslissing in een eerdere uitspraak. Appellante heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep, waarbij zij werd bijgestaan door haar accountant. Tijdens de zitting op 30 juni 2005 zijn partijen niet verschenen.
De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van appellante beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat de rechtbank terecht oordeelde dat aan de vereisten voor een privaatrechtelijke dienstbetrekking was voldaan. De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en vindt geen aanleiding om tot een ander oordeel te komen. De stelling van appellante dat de vragenlijsten slechts met ja of nee konden worden beantwoord, werd verworpen, aangezien het zowel appellante als de werknemer vrijstond om een schriftelijke uiteenzetting te geven.
Uiteindelijk heeft de Raad het hoger beroep verworpen en de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er zijn geen termen aanwezig om toepassing te geven aan de proceskostenveroordeling zoals bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht.