ECLI:NL:CRVB:2005:AU0712
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.C. Schoemaker
- A. Kovács
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake correctienota’s en verstrekkingen aan werknemers
In deze zaak heeft appellante, vertegenwoordigd door S. Vermeer RA van Mazars Paardekooper Hoffman, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Zutphen van 18 februari 2004. De Centrale Raad van Beroep heeft op 14 juli 2005 de zaak behandeld, waarbij gedaagde, de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, zich niet heeft laten vertegenwoordigen. De kern van het geschil betreft de berekening van correctienota’s, waarbij appellante aanvoert dat er ten onrechte geen rekening is gehouden met verstrekkingen aan werknemers die niet tot het vaste werknemersbestand behoren. De Raad oordeelt dat appellante niet voldoende bewijs heeft geleverd om haar stelling te onderbouwen. De Raad concludeert dat het hoger beroep van appellante niet slaagt, en er zijn geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.