ECLI:NL:CRVB:2005:AU0538
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Beuker-Tilstra
- J.Th. Wolleswinkel
- J.H. van Kreveld
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtsgeldigheid van een mondelinge mededeling over benoeming in een functie binnen de Provinciale Stoombootdiensten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Middelburg, waarin het bezwaar van appellant tegen de niet-ontvankelijkheid van zijn verzoek om benoeming in een functie bij de Provinciale Stoombootdiensten (PSD) werd afgewezen. Appellant, die op 3 december 2002 ontslag had gekregen wegens de opheffing van de PSD, had gesolliciteerd naar een tijdelijke functie binnen de stafafdeling Afbouw PSD. Op 30 januari 2003 werd hem mondeling meegedeeld dat hij niet voor deze functie was benoemd. Appellant maakte pas op 18 augustus 2003 bezwaar tegen deze mededeling, wat door gedaagde werd afgewezen wegens termijnoverschrijding.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de mondelinge mededeling aan appellant op 30 januari 2003 gelijkgesteld moet worden met een besluit, zoals bedoeld in artikel 8:1, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad volgt de rechtbank in haar oordeel dat appellant op duidelijke wijze is geïnformeerd over de beslissing en dat deze beslissing rechtspositioneel van aard was. De Raad ziet geen aanleiding om de termijnoverschrijding van appellant als verschoonbaar te beschouwen, aangezien hij niet tijdig bezwaar heeft gemaakt tegen de duidelijke weigering om hem te benoemen. De Raad concludeert dat het hoger beroep van appellant geen doel treft en bevestigt de aangevallen uitspraak.
De uitspraak is gedaan door de Centrale Raad van Beroep, met A. Beuker-Tilstra als voorzitter en J.Th. Wolleswinkel en J.H. van Kreveld als leden, in aanwezigheid van griffier L.N. Nijhuis, en is openbaar uitgesproken op 25 juli 2005.