ECLI:NL:CRVB:2005:AT6813
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.P.A.M. Garvelink-Jonkers
- J.Th. Wolleswinkel
- F.A.M. Stroink
- Rechtspraak.nl
Terecht niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar wegens termijnoverschrijding
In deze zaak gaat het om de vraag of het bezwaar van appellant terecht niet-ontvankelijk is verklaard omdat dit niet binnen de wettelijk gestelde termijn van zes weken is ingediend. Appellant, wonende te [woonplaats], heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 22 juli 2004, waarin het beroep tegen een besluit van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam ongegrond werd verklaard. De rechtbank oordeelde dat het besluit van 20 december 2001 op de juiste wijze was bekendgemaakt en dat het op 2 januari 2002 daadwerkelijk aan appellant was verzonden.
Tijdens de zitting op 28 april 2005 is appellant in persoon verschenen, terwijl gedaagde werd vertegenwoordigd door mr. A.J. Buurma van het Gemeentevervoerbedrijf Amsterdam. De Raad voor de Rechtspraak heeft de overwegingen van de rechtbank onderschreven en vastgesteld dat het besluit van 20 december 2001 aan het juiste adres was gericht. Appellant had in april 2002 rechtshulp gezocht, maar dit leidde niet tot een verschoonbare reden voor de termijnoverschrijding.
De Raad concludeert dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Er zijn geen termen aanwezig om proceskosten te vergoeden op basis van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak is gedaan door de Centrale Raad van Beroep op 2 juni 2005, met als voorzitter mr. G.P.A.M. Garvelink-Jonkers en leden mr. J.Th. Wolleswinkel en prof. mr. F.A.M. Stroink, in tegenwoordigheid van griffier mr. P.J.W. Loots.