ECLI:NL:CRVB:2005:AT3472
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van der Net
- M.C.M. van Laar
- C.M. van Wechem
- Rechtspraak.nl
Verzekeringsplicht van externe koks in privaatrechtelijke dienstbetrekking
In deze zaak heeft appellante, vertegenwoordigd door mr. G.G.E.A. Frederix, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Zwolle. De rechtbank had op 24 december 2003 het beroep van appellante tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen ongegrond verklaard. Het geschil betreft de vraag of de externe kok [betrokkene] verplicht verzekerd was op grond van de sociale werknemersverzekeringswetten voor zijn werkzaamheden voor appellante, die een restaurant exploiteert. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 3 maart 2005, waarbij de vennoten van appellante aanwezig waren, bijgestaan door hun advocaat. Gedaagde was vertegenwoordigd door mr. R. Hofland.
De Raad heeft vastgesteld dat de drie essentiële kenmerken van een privaatrechtelijke dienstbetrekking aanwezig zijn: de verplichting tot persoonlijke dienstverrichting, de loonbetalingsverplichting en de gezagsverhouding. De Raad concludeert dat [betrokkene] zijn werkzaamheden persoonlijk heeft verricht en dat er geen sprake was van vervanging door een willekeurige derde. De betalingen aan [betrokkene] zijn als reële contraprestatie voor zijn arbeid aangemerkt. Daarnaast is er een gezagsverhouding vastgesteld, aangezien appellante aanwijzingen gaf over de werkzaamheden, ook al waren de vennoten vaak op vakantie.
De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat gedaagde terecht heeft geoordeeld dat [betrokkene] verplicht verzekerd was. De Raad ziet geen aanleiding om de kosten te compenseren op basis van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak is gedaan op 24 maart 2005.