ECLI:NL:CRVB:2005:AS4086
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.J. Simon
- Rechtspraak.nl
Weigering terug te komen van eerder besluit inzake WAO-schatting
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond, waarin het verzoek van appellant om terug te komen van een eerder besluit van de gedaagde, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), werd afgewezen. Het oorspronkelijke besluit, genomen op 7 februari 1996, herzag de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant naar 45 tot 55%. Appellant heeft in 2000 verzocht om terug te komen van dit besluit, omdat hij meende dat er nieuwe feiten waren die niet eerder waren meegenomen in de beoordeling van zijn maatmaninkomen. De rechtbank oordeelde echter dat appellant geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangedragen die een herziening van het besluit rechtvaardigden.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak op 7 januari 2005 behandeld, maar beide partijen zijn niet verschenen. De Raad heeft vastgesteld dat het besluit van 7 februari 1996 in rechte onaantastbaar is geworden en dat het verzoek van appellant om terug te komen van dit besluit niet kon slagen. De Raad oordeelde dat de door appellant aangevoerde gegevens, waaronder een accountantsrapport, niet als nieuw gebleken feiten konden worden aangemerkt, omdat deze gegevens dateren van voor de datum van het verzoek. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat gedaagde bevoegd was om het verzoek van appellant af te wijzen zonder nader onderzoek.
De Raad concludeert dat er geen termen aanwezig zijn om proceskosten te vergoeden, en bevestigt de aangevallen uitspraak. De uitspraak is gedaan door mr. H.J. Simon, in tegenwoordigheid van mr. M.F. van Moorst als griffier, op 21 januari 2005.