ECLI:NL:CRVB:2004:AS2045
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.R. Geerling-Brouwer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om vergoeding van kosten van een bril door de Raadskamer WUV
In deze zaak verzoekt eiseres, erkend als oorlogsgetroffene, om vergoeding van de kosten van een bril. Dit verzoek is afgewezen door de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, waarin zij haar bezwaren uiteenzet. De behandeling vond plaats op 18 november 2004, waarbij eiseres niet aanwezig was, maar verweerster werd vertegenwoordigd door drs. T.N.L.C. van Wickevoort Crommelin.
Eiseres, geboren in 1928, is een vervolgde in de zin van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945. Verweerster heeft erkend dat de psycholabiliteit en reumatische klachten van eiseres verband houden met de vervolging. Eiseres had eerder al diverse voorzieningen ontvangen, maar haar aanvullende aanvraag van 28 juli 2003 voor vergoeding van de kosten van een bril werd afgewezen. Verweerster baseerde deze afwijzing op het advies van haar geneeskundig adviseur, die stelde dat de oogklachten van eiseres niet gerelateerd zijn aan de vervolging.
De Centrale Raad van Beroep overweegt dat op basis van de Wet het mogelijk is om een vervolgde in aanmerking te brengen voor vergoeding van extra kosten die voortvloeien uit de vervolging. Echter, de Raad concludeert dat er geen verband is tussen de oogklachten van eiseres en de door haar ondergane vervolging. De bril was voorgeschreven na een staaroperatie in januari 2003, en de oogklachten zijn als constitutioneel en leeftijdgebonden aangemerkt. Daarom kan de gevraagde voorziening niet worden toegekend.
Het beroep van eiseres wordt ongegrond verklaard, en er zijn geen termen aanwezig voor vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. H.R. Geerling-Brouwer, in tegenwoordigheid van J.P. Schieveen als griffier, en is openbaar uitgesproken op 30 december 2004.