ECLI:NL:CRVB:2004:AR7316
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J.S. Spaas
- J.W. Schuttel
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring van hoger beroep wegens termijnoverschrijding in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 november 2004 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 03/5826 WAO. De zaak betreft een niet-ontvankelijkverklaring van het hoger beroep van opposante tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 25 september 2003. De Raad had eerder op 5 maart 2004 het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, waarop opposante in verzet is gekomen. Tijdens de zitting op 5 oktober 2004 heeft opposante haar standpunt toegelicht, maar de Raad heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden kunnen vaststellen die het indienen van het beroepschrift buiten de beroepstermijn zouden verontschuldigen.
De Raad heeft vastgesteld dat opposante op 12 november 2003 kennis heeft genomen van de uitspraak van de rechtbank, terwijl de beroepstermijn op 18 november 2003 afliep. Het beroepschrift is pas op 24 november 2003 ter post bezorgd, wat betekent dat het indienen van het beroepschrift te laat was. De Raad heeft in zijn motivering aangegeven dat er geen gronden zijn om het verzet gegrond te verklaren, en dat de eerdere uitspraak in stand blijft. De Raad heeft ook geen termen gezien om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betreft de proceskosten.
De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig indienen van beroepschriften en de strikte naleving van de beroepstermijnen in bestuursrechtelijke procedures, vooral in het sociale zekerheidsrecht.