ECLI:NL:CRVB:2004:AR4671
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van der Net
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- C.M. van Wechem
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de hoogte van het dagloon voor ziektewet-uitkering en toepassing van de evenredigheidsfactor
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) tegen een uitspraak van de rechtbank te Dordrecht. De zaak betreft de hoogte van het dagloon waarop de ziektewet-uitkering van gedaagde is gebaseerd. Gedaagde, die als verpleegkundige werkte, had zich ziek gemeld en ontving een uitkering die was vastgesteld op een dagloon van f 53,48. Dit dagloon was berekend met toepassing van de evenredigheidsfactor 13/65, zoals vermeld in de Algemene dagloonregelen Ziektewet (ADR ZW). De rechtbank had geoordeeld dat de evenredigheidsfactor ten onrechte was toegepast, en het besluit van het Uwv vernietigd.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 2 september 2004. Appellant, vertegenwoordigd door mr. P.A.L. Nieuwenhuis, betwistte de uitspraak van de rechtbank en voerde aan dat de evenredigheidsfactor niet correct was toegepast. Gedaagde, vertegenwoordigd door mr. S. de Wit-de Groot, was niet verschenen. De Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had vastgesteld dat de evenredigheidsfactor niet correct was toegepast en dat de berekening van het dagloon opnieuw moest worden uitgevoerd. De Raad benadrukte dat de toepassing van de evenredige vermindering op basis van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, van de ADR ZW een andere berekening vereist dan de eerder toegepaste d-grond.
De Raad besloot dat het Uwv een nieuw besluit op bezwaar moest nemen, rekening houdend met de uitspraak en het verbod van reformatio in peius. De Raad wees ook de verzoeken om proceskosten af. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank, maar gaf het Uwv de opdracht om de berekening van het dagloon opnieuw te bekijken, met inachtneming van de juiste toepassing van de evenredigheidsfactor.