ECLI:NL:CRVB:2004:AP1229
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.A.A.G. Vermeulen
- G.P.A.M. Garvelink-Jonkers
- J.Th. Wolleswinkel
- Rechtspraak.nl
Ontslag van een politie-ambtenaar wegens ernstig plichtverzuim en ontuchtige handelingen
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een politie-ambtenaar, appellant, tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, die zijn beroep tegen een ontslagbesluit ongegrond verklaarde. Appellant was sinds 1977 werkzaam bij de politie en was laatstelijk logistiek medewerker bij de politieregio Fryslân. Het ontslag volgde op een besluit van de korpsbeheerder, dat was gebaseerd op ernstig plichtsverzuim, waaronder het zonder toestemming meenemen van goederen naar huis en ontuchtige handelingen met een minderjarige. De rechtbank had eerder geoordeeld dat het bezwaar van appellant tegen het ontslag ongegrond was, en appellant ging in hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep overwoog dat appellant tijdens een verhoor had erkend goederen zonder toestemming mee te nemen. Ondanks zijn stellingen over psychische druk en toestemming van derden, vond de Raad dat de verklaringen van appellant niet overtuigend waren. De Raad concludeerde dat de korpsbeheerder op goede gronden tot het ontslag was gekomen, gezien de ernst van de gedragingen van appellant en de impact daarvan op zijn functie binnen de politie. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het ontslag niet onevenredig was in verhouding tot het gepleegde plichtsverzuim.
De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en de leden de argumenten van beide partijen in overweging namen. De Raad concludeerde dat er geen termen aanwezig waren voor proceskostenvergoeding, en bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank.