ECLI:NL:CRVB:2003:AH9153
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.C. Schoemaker
- Rechtspraak.nl
Tijdige indiening van een bezwaarschrift per fax en de gevolgen van verzending
In deze zaak gaat het om de vraag of een bezwaarschrift dat per fax is verzonden, tijdig is ingediend. Appellante, een B.V., heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) dat betrekking heeft op de verzekeringsplicht van een bestuurder. Het bezwaarschrift is op 12 oktober 2000 per fax verzonden, maar gedaagde stelt dat het pas op 13 oktober 2000 is verzonden. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en de feiten en omstandigheden rondom de verzending van het bezwaarschrift onderzocht. De Raad heeft vastgesteld dat appellante een verzendjournaal heeft overgelegd waaruit blijkt dat het bezwaarschrift op 12 oktober 2000 om 13:05 uur is verzonden, met de melding 'ok'. Gedaagde heeft echter betwist dat het bezwaarschrift op die datum is ontvangen en heeft verwezen naar een ander faxnummer dat op 13 oktober 2000 is gebruikt.
De rechtbank heeft in eerste aanleg geoordeeld dat de status 'ok' op het verzendjournaal geen sluitend bewijs vormt dat het bezwaarschrift door gedaagde is ontvangen. De Raad heeft deze overwegingen bevestigd en benadrukt dat het risico van een faxverzending voor rekening van de verzender komt. De Raad concludeert dat de ontvangst van het faxbericht op 12 oktober 2000 door gedaagde niet kan worden aangetoond, en dat de verzending per fax op de laatste dag van de bezwaartermijn een risico met zich meebracht. De Raad heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd en geen termen aanwezig geacht om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat er geen proceskostenvergoeding wordt toegekend.