ECLI:NL:CRVB:2002:AF9059
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.G. Kasdorp
- G.L.M.J. Stevens
- R.H.M. Roelofs
- Rechtspraak.nl
Herziening van besluit inzake uitkeringen voor vervolgingsslachtoffers 1940-1945
In deze zaak gaat het om een beroep tegen een besluit van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad, waarbij de aanvraag van eiser om herziening van een eerder besluit werd afgewezen. Eiser, geboren in 1946 en wonende in Israël, had in augustus 1997 verzocht om herziening van een besluit uit 1993, waarin zijn vader niet als vervolgde werd erkend onder de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945. Eiser betoogde dat de krijgsgevangenschap van zijn vader niet als onderduik kon worden aangemerkt en dat dit een van de weinige manieren was om aan de vervolging te ontsnappen. De verweerster heeft het verzoek afgewezen op basis van artikel 61, tweede lid, van de Wet, en stelde dat er geen sprake was van beoordelingsfouten in het eerdere besluit.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 10 januari 2002. Tijdens de zitting op 29 november 2001 was eiser aanwezig, terwijl de verweerster werd vertegenwoordigd door J.J.G.A. Theelen. De Raad oordeelde dat de verweerster het verzoek om herziening terecht in behandeling had genomen, maar dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een ander oordeel rechtvaardigden. De Raad bevestigde dat de verweerster in redelijkheid tot haar besluit kon komen en dat het bestreden besluit in rechte stand kon houden. De Raad concludeerde dat er geen termen waren voor een proceskostenvergoeding en verklaarde het beroep ongegrond.