ECLI:NL:CRVB:2001:AF3969
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.A.A.G. Vermeulen
- A. Beuker-Tilstra
- J.H. van Kreveld
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de beslissing van de Staatssecretaris van Defensie inzake waarneming van functie door appellant
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de Arrondissementsrechtbank 's-Gravenhage van 27 augustus 1999, waarin zijn beroep tegen een besluit van de Staatssecretaris van Defensie ongegrond werd verklaard. Appellant, die als majoor bij de Koninklijke Landmacht werkzaam was, was belast met de waarneming van de functie van hoofd van een sectie, maar werd op 1 juni 1998 ontheven van deze waarneming. Hij stelde dat de waarneming niet langer dan twaalf maanden mocht duren en dat hij recht had op functietoewijzing na deze periode, aangezien er geen intentie was om de functie op te heffen en hij bekwaam was voor de functie.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 11 oktober 2001. De Raad oordeelde dat de Staatssecretaris de maximale waarnemingstermijn van twaalf maanden had overschreden, wat appellant's bezwaar kracht bij zette. Echter, de Raad concludeerde dat de enkele omstandigheid dat de functie langer was waargenomen dan toegestaan, niet automatisch recht gaf op functietoewijzing. De Raad bevestigde dat de Staatssecretaris om bedrijfsorganisatorische redenen had besloten de functie tijdelijk niet toe te wijzen en dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die een andere beslissing rechtvaardigden.
De Raad vernietigde het bestreden besluit en het primaire besluit van 1 juli 1998, maar bepaalde dat de rechtsgevolgen van deze besluiten in stand blijven. Tevens werd de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van appellant, die in totaal f 2.130,- bedroegen, en werd het griffierecht van f 550,- vergoed.