ECLI:NL:CBB:2025:419

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
3 juli 2025
Publicatiedatum
13 augustus 2025
Zaaknummer
25/469
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • T. Pavićević
  • L. van Loon
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van intrekking communautaire vergunning voor beroepsgoederenvervoer door A9 transport & logistics B.V. in afwachting van financiële herbeoordeling

In deze zaak heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 3 juli 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van A9 transport & logistics B.V. (hierna: A9 transport). A9 transport had in oktober 2024 een besluit ontvangen van de Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie (NIWO) waarin haar communautaire vergunning voor beroepsgoederenvervoer over de weg werd ingetrokken. Dit besluit werd in mei 2025 door NIWO bevestigd, waarbij het bezwaar van A9 transport ongegrond werd verklaard. A9 transport heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat zij door de intrekking van de vergunning niet meer in staat zou zijn om transportactiviteiten uit te voeren, wat zou leiden tot een faillissement.

Tijdens de zitting op 3 juli 2025 heeft A9 transport betoogd dat haar financiële situatie in het eerste halfjaar van 2025 aanzienlijk is verbeterd ten opzichte van 2024, maar dat zij dit nog niet met bewijsstukken kon onderbouwen. De voorzieningenrechter heeft aangegeven dat er meer informatie nodig is over de financiële situatie van A9 transport om een beslissing te kunnen nemen. Om onevenredig nadeel voor A9 transport te voorkomen, heeft de voorzieningenrechter besloten om de intrekking van de vergunning te schorsen bij wijze van ordemaatregel. A9 transport moet binnen vier weken een goedgekeurde accountantsverklaring indienen of haar financiële draagkracht op andere wijze aantonen. NIWO is verplicht om binnen twee weken na ontvangst van de nadere stukken te reageren. De voorzieningenrechter heeft de partijen toestemming gegeven om zonder nadere zitting uitspraak te doen op het verzoek om voorlopige voorziening, afhankelijk van de uitwisseling van stukken.

De beslissing is openbaar uitgesproken en de voorzieningenrechter is verhinderd de beslissing te ondertekenen.

Uitspraak

beslissing

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 25/469
beslissing van de voorzieningenrechter van 3 juli 2025 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

A9 transport & logistics B.V., te Lijnden, (A9 transport)

(gemachtigden: mr. K. Vierhout en mr. O. Bouwens)
en

de Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie (NIWO)

(gemachtigde: mr. M.C. Veltkamp-van Paassen)

Procesverloop

Met het besluit van 9 oktober 2024 (het intrekkingsbesluit) heeft NIWO de aan A9 transport verleende communautaire vergunning voor beroepsgoederenvervoer over de weg ingetrokken.
Met het besluit van 15 mei 2025 (bestreden besluit) heeft NIWO het bezwaar van A9 transport ongegrond verklaard.
A9 transport heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld en de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
NIWO heeft een verweerschrift ingediend.
De zitting was op 3 juli 2025. Aan de zitting hebben namens A9 transport de gemachtigden en [naam 1] deelgenomen. Namens NIWO heeft de gemachtigde en [naam 2] deelgenomen.

Overwegingen

1. Op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan, indien tegen een besluit bij het College beroep is ingesteld, dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep, bezwaar is gemaakt, op verzoek een voorlopige voorziening worden getroffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
2 A9 transport kan door het bestreden besluit geen transportactiviteiten meer verrichten en daardoor is volgens haar een faillissement onvermijdelijk. A9 transport verzoekt de voorzieningenrechter om te bepalen dat de tenuitvoerlegging van het bestreden besluit wordt geschorst tot zes weken na de dag dat het College uitspraak heeft gedaan in de bodemzaak (25/468).
3 Op grond van artikel 3, eerste lid, onder c, van Verordening 1071/2009 [1] moeten ondernemingen die het beroep van wegvervoerondernemer uitoefenen voldoende financiële draagkracht bezitten. Uit artikel 7 van Verordening 1071/2009 volgt dat om te voldoen aan de eis van financiële draagkracht een onderneming steeds in staat moet zijn haar financiële verplichtingen in het lopende boekjaar na te komen. Hiertoe toont de onderneming aan de hand van haar door een accountant of een daartoe naar behoren gemachtigde persoon gecertificeerde jaarrekeningen aan dat zij jaarlijks beschikt over kapitaal en reserves ter waarde van ten minste 9 000 EUR wanneer slechts één voertuig wordt gebruikt en 5 000 EUR per extra voertuig.
4 NIWO heeft in het bestreden besluit op basis van de jaarrekening over het jaar 2024 geconcludeerd dat de financiële draagkracht van A9 transport onvoldoende is om haar vergunning te behouden. A9 transport heeft op de zitting toegelicht dat haar financiële draagkracht in het eerste halfjaar van 2025 sterk is verbeterd ten opzichte van de financiële draagkracht in 2024 zodat zij binnen afzienbare tijd wel beschikt over de benodigde financiële draagkracht. Zij denkt dat zij aan het einde van de vergunningstermijn ook voldoet aan de vereiste financiële draagkracht. Deze stelling heeft A9 transport nog niet met stukken onderbouwd. Zij is ook bereid om tot het einde van de vergunningstermijn ieder half jaar een goedgekeurde accountantsverklaring bij NIWO in te dienen teneinde inzicht te geven in de financiële situatie. Daarnaast is door A9 transport toegelicht dat zij momenteel met vier vrachtwagens haar transportactiviteiten verricht zonder te beschikken over de benodigde communautaire vergunning. Door NIWO is te kennen gegeven niet uit eigen beweging het bestreden besluit op te willen schorten. De voorzieningenrechter heeft nadere informatie over de financiële situatie van A9 transport nodig om tot een beslissing over het ingediende verzoek te komen. A9 transport heeft toegezegd om informatie en documenten te verstrekken. Onder deze omstandigheden en om onevenredig nadeel voor A9 transport te voorkomen is schorsing van het bestreden besluit bij wijze van ordemaatregel aangewezen. Ter zitting zijn daartoe de volgende afspraken gemaakt:
  • De intrekking van de communautaire vergunning wordt geschorst totdat een uitspraak is gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening;
  • A9 transport dient
  • Omdat A9 transport beschikt over vijf vergunningbewijzen terwijl zij gebruik maakt van vier vergunningbewijzen, levert zij per ommegaande één vergunningbewijs in;
  • NIWO dient
5 Partijen hebben de voorzieningenrechter toestemming gegeven om, na uitwisseling van de stukken, zonder een nadere zitting uitspraak te doen op het verzoek om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter zal bezien of na uitwisseling van de nadere stukken de getroffen voorlopige voorziening moet worden opgeheven of worden gewijzigd.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening toe bij wijze van ordemaatregel en schorst de intrekking van de communautaire vergunning totdat een uitspraak is gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening.
Deze beslissing is genomen door mr. T. Pavićević, in aanwezigheid van mr. L. van Loon, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 3 juli 2025.
De voorzieningenrechter is verhinderd de beslissing te ondertekenen. w.g. L. van Loon

Voetnoten

1.Verordening (EG) nr. 1071/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om het beroep van wegvervoerondernemer uit te oefenen