ECLI:NL:CBB:2025:274
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet niet-ontvankelijk verklaard in bestuursrechtelijke procedure
Op 29 april 2025 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak van een onderneming die verzet had aangetekend tegen een eerdere uitspraak van het College. De onderneming had verzet gedaan tegen de uitspraak van 25 juni 2024, waarbij het College had geoordeeld zonder zitting, op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht. Het verzetschrift was ingediend op 8 oktober 2024, wat ruim buiten de wettelijke termijn van zes weken viel. Het College heeft de onderneming de gelegenheid gegeven om de termijnoverschrijding toe te lichten, maar de gemachtigde heeft enkel ingegaan op de achtergrond van de termijnoverschrijding in bezwaar en niet op die in verzet. Hierdoor zag het College geen aanknopingspunt om te oordelen dat de termijnoverschrijding niet aan de onderneming kon worden toegerekend. Het College concludeerde dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was en verklaarde het verzet niet-ontvankelijk. De minister van Economische Zaken werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. T.G.M. Simons, in aanwezigheid van griffier J.R. Willemstein.