ECLI:NL:CBB:2024:608

• Datum uitspraak: 19 augustus 2024
• Publicatiedatum: 28 augustus 2024
• Zaaknummer: 23/656 en 23/657
• Instantie: College van Beroep voor het bedrijfsleven
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht
• Procedures: Proces-verbaal
• Rechters: B. Bastein
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Beroep tegen afwijzing TVL-startersregeling op basis van inschrijfdatum handelsregister

Op 19 augustus 2024 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaken met nummers 23/656 en 23/657. De zaak betreft een beroep van een onderneming, [naam 1] B.V., tegen de beslissing van de minister van Economische Zaken en Klimaat met betrekking tot de TVL-startersregeling. De onderneming is van mening dat zij ten onrechte buiten de regeling valt, omdat de minister uitgaat van de inschrijfdatum in het handelsregister van 3 september 2019, terwijl de onderneming stelt dat de relevante datum 18 augustus 2020 is, de datum waarop zij een schip heeft gekocht en haar activiteiten heeft gewijzigd.

Het College heeft de beroepen ongegrond verklaard. In de overwegingen van de uitspraak is vastgesteld dat de inschrijfdatum in het handelsregister bepalend is voor de eligibility voor de TVL-startersregeling. De regeling biedt geen ruimte voor afwijkingen van deze eis, en er is geen hardheidsclausule opgenomen die in dit geval van toepassing zou zijn. De minister kan alleen in zeer bijzondere gevallen een uitzondering maken, maar dit was hier niet aan de orde. De uitspraak benadrukt het belang van de inschrijfdatum en de strikte toepassing van de regels binnen de TVL-startersregeling.

Uitspraak

proces-verbaal uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 23/656 en 23/657

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 augustus 2024

Rechter: mr. B. Bastein

Griffier: mr. P.M. Beishuizen

Partijen

[naam 1] B.V. , te [plaats] (onderneming) waarvoor aanwezig is [naam 2]

en

de minister van Economische Zaken en Klimaat , vertegenwoordigd door mr. S. Piron en mr. S.F. Hu

Beslissing

Het College verklaart de beroepen ongegrond.

Overwegingen

1. De onderneming is het er niet mee eens dat zij buiten de TVL-startersregeling valt. Zij vindt dat de minister niet moet uitgaan van 3 september 2019 (de inschrijfdatum van de onderneming in het handelsregister), maar van 18 augustus 2020 (de datum dat de onderneming een schip heeft gekocht). De onderneming is namelijk met ingang van die laatste datum als starter begonnen met andere activiteiten dan zij voorheen deed.

2 Het College geeft de onderneming geen gelijk. Vast staat dat de onderneming op 3 september 2019 is ingeschreven in het handelsregister en dat deze onderneming ook de subsidie-aanvraag heeft gedaan. Verder biedt de TVLstartersregeling geen mogelijkheid om af te wijken van de eis dat de inschrijfdatum in het handelsregister van de startende onderneming moet zijn gelegen in die regeling genoemde periodes. Ook is er geen hardheidsclausule opgenomen in de TVL-startersregeling. Om te zorgen dat de TVLstartersregeling uitvoerbaar blijft, maakt de minister alleen in zeer bijzondere gevallen een uitzondering. Daarvan is in het geval van de onderneming geen sprake.

w.g. B. Bastein w.g. P.M. Beishuizen