In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 5 september 2023, worden de rechtstreekse beroepen van een onderneming terugverwezen naar de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit om als bezwaarschriften behandeld te worden. De zaak betreft de besluiten van de minister van 1 maart 2023, 15 mei 2023 en 23 mei 2023, waartegen de onderneming bezwaar heeft gemaakt. De minister had ingestemd met de verzoeken om rechtstreeks beroep, maar het College oordeelt dat dit onterecht was.
Het College baseert zijn uitspraak op artikel 8:54a van de Algemene wet bestuursrecht en stelt dat de bezwaarfase niet kan worden overgeslagen. Dit oordeel is mede gebaseerd op een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van 10 augustus 2023, waarin een verzoek om voorlopige voorziening werd behandeld. De voorzieningenrechter had het besluit van 23 mei 2023, dat leidde tot de tijdelijke sluiting van de onderneming, geschorst.
Het College concludeert dat de bezwaarfase geen herhaling van zetten betekent en dat de minister de oorspronkelijke bezwaarschriften, die door de rechtstreekse beroepen beroepschriften zijn geworden, alsnog als bezwaarschriften moet behandelen. De beslissing van het College is openbaar uitgesproken en ondertekend door mr. T. Pavićević, met E.A. van der Meel als griffier.