In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 17 juli 2023 uitspraak gedaan over de afwijzing van een subsidieaanvraag door de minister van Economische Zaken en Klimaat. De vennootschap, Global Premium Telecom B.V. uit Apeldoorn, had een aanvraag ingediend voor subsidie op grond van de Regeling subsidie financiering vaste lasten COVID-19 (TVL). De minister heeft deze aanvraag afgewezen omdat deze niet binnen de gestelde aanvraagperiode was ingediend. De vennootschap heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar de minister verklaarde dit bezwaar ongegrond met een besluit op 23 mei 2022.
Tijdens de zitting op 17 juli 2023, waar de gemachtigden van zowel de vennootschap als de minister aanwezig waren, heeft het College onmiddellijk uitspraak gedaan na sluiting van het onderzoek. De vennootschap stelde dat de aanvraag te laat was ingediend omdat de CFE (Chief Financial Executive) in Londen woont en niet tijdig op de hoogte was van de mogelijkheid om een TVL-aanvraag in te dienen. De minister heeft echter terecht opgemerkt dat het de verantwoordelijkheid van de ondernemer is om zich te informeren over de voorwaarden voor subsidieaanvragen. Het College oordeelde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die de minister verplichtten om de aanvraag alsnog in behandeling te nemen.
De uitspraak van het College verklaarde het beroep van de vennootschap ongegrond en de minister was niet verplicht om proceskosten te vergoeden. Deze beslissing werd openbaar uitgesproken door mr. B. Bastein, in aanwezigheid van griffier mr. M.B. van Zantvoort.