ECLI:NL:CBB:2022:777

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
29 november 2022
Publicatiedatum
28 november 2022
Zaaknummer
22/350
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijkverklaring van beroep inzake subsidie COVID-19

Op 29 november 2022 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak van Bij Ons Zevenaar B.V. tegen de minister van Economische Zaken en Klimaat. De zaak betreft een verzet tegen een eerdere uitspraak van 9 augustus 2022, waarin het College het beroep van appellante niet-ontvankelijk had verklaard wegens een niet verontschuldigbare overschrijding van de beroepstermijn. Appellante heeft verzet aangetekend, waarbij zij aanvoert dat het beroepschrift mogelijk tijdig is ingediend. Het College heeft deze argumentatie in overweging genomen en geconcludeerd dat de niet-ontvankelijkverklaring niet gerechtvaardigd is. Hierdoor is het verzet gegrond verklaard, wat betekent dat de eerdere uitspraak van 9 augustus 2022 vervalt en het onderzoek in de oorspronkelijke stand wordt voortgezet. Het College zal verweerder verzoeken om een verweerschrift in te dienen. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is openbaar uitgesproken en geregistreerd op 29 november 2022.

Uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 22/350

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 november 2022 op het verzet van

Bij Ons Zevenaar B.V., te Zevenaar, appellante

(gemachtigde: M. Kirschbaum),

Procesverloop

Bij uitspraak met toepassing van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht, dus zonder zitting, van 9 augustus 2022 heeft het College het beroep van appellante tegen het besluit van minister van Economische Zaken en Klimaat (verweerder) van 24 december 2021 niet-ontvankelijk verklaard wegens niet verontschuldigbare overschrijding van de beroepstermijn.
Appellante heeft tegen de uitspraak van het College van 9 augustus 2022 verzet gedaan.

Overwegingen

1. Wat appellante in verzet heeft aangevoerd laat de mogelijkheid open dat het beroepschrift (wel) tijdig is ingediend. Niet-ontvankelijkverklaring van het beroep wegens overschrijding van de beroepstermijn is daarom niet aangewezen.
2. Dit betekent dat het verzet gegrond is. Daarmee vervalt de uitspraak van
9 augustus 2022 en wordt het onderzoek voortgezet in de stand waarin het zich bevond. Omdat appellante de gronden van het beroep al had ingediend, zal het College verweerder nu op korte termijn verzoeken een verweerschrift in te dienen.
3. Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet bestaat geen aanleiding.

Beslissing

Het College verklaart het verzet gegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.G.M. Simons, in aanwezigheid van
D.A. Bohlmeijer, griffier
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken
op 29 november 2022.
w.g. T.G.M. Simons w.g. D.A. Bohlmeijer