ECLI:NL:CBB:2022:569
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering keuringswerkzaamheden voor slachten van schapen tijdens het offerfeest
In deze zaak heeft Holland Vlees Service B.V. beroep ingesteld tegen de beslissing van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, die op 10 juli 2020 weigerde de aangemelde keuringswerkzaamheden voor het slachten van schapen tijdens het offerfeest uit te voeren. Bij besluit van 10 februari 2021 verklaarde de minister het bezwaar van appellante tegen deze weigering niet-ontvankelijk. De zitting vond plaats op 9 juni 2022, waar beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door gemachtigden.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. Appellante stelde dat de weigering om keuringswerkzaamheden in te plannen een wijziging van haar rechtspositie met zich meebracht, en dat deze weigering als een besluit moest worden beschouwd in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De appellante verwees naar Europese regelgeving die vereist dat een dierenarts aanwezig moet zijn voor keuringen en dat de weigering om keuringswerkzaamheden in te plannen gelijkstaat aan een weigering om toestemming tot slachting te geven.
Het College oordeelde echter dat de beslissing van de minister geen publiekrechtelijk rechtsgevolg had en derhalve niet als een besluit kon worden aangemerkt. De weigering om keuringswerkzaamheden in te plannen veranderde de rechtspositie van appellante niet in publiekrechtelijke zin. Het College concludeerde dat de minister terecht het bezwaar van appellante niet-ontvankelijk had verklaard. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 23 augustus 2022.