ECLI:NL:CBB:2021:898
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van subsidieaanvragen voor zonneboilers op basis van zakelijke aanvragen en vereisten van stimulerend effect
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 21 september 2021 uitspraak gedaan over de afwijzing van drie aanvragen voor de Investeringssubsidie duurzame energie (ISDE) voor zonneboilers door de minister van Economische Zaken en Klimaat. De appellant had de zonneboilers al aangeschaft voordat hij de subsidieaanvragen indiende, wat in strijd is met de vereisten van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies. De aanvragen werden door verweerder als zakelijke aanvragen aangemerkt, omdat de appellant de appartementen verhuurt aan derden. Dit betekent dat de aanvragen niet voldeden aan het vereiste van stimulerend effect, zoals bedoeld in het Europese steunkader.
De appellant voerde aan dat de aanvragen ten onrechte als zakelijk waren aangemerkt, omdat hij de appartementen privé verhuurt en er geen verdienmodel aan de investeringen ten grondslag ligt. Het College oordeelde echter dat de aanvragen terecht als zakelijk moesten worden beschouwd, omdat de appellant met de verhuur van de appartementen deelneemt aan het economisch verkeer. De aanvragen voor de zonneboilers zijn afgewezen omdat de kosten voor de aanschaf van de zonneboilers zijn gemaakt vóór de indiening van de aanvragen, wat in strijd is met artikel 10, tweede lid, van het Kaderbesluit.
Het College concludeert dat de minister de aanvragen terecht heeft afgewezen en dat het beroep van de appellant ongegrond is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de beslissing is genomen door mr. H.S.J. Albers, met mr. D. de Vries als griffier.