ECLI:NL:CBB:2021:886
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid hoger beroep wegens termijnoverschrijding in tuchtrechtspraak accountants
In deze zaak heeft appellant, een accountant-administratieconsulent, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de accountantskamer, gedaan op 20 november 2020. Het hoger beroep is ingesteld op grond van artikel 43 van de Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra). De zitting vond plaats op 24 augustus 2021, maar appellant is zonder bericht niet verschenen, terwijl de Koninklijke Nederlandse beroepsorganisatie van accountants (de Nba) wel met bericht afwezig was.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft vastgesteld dat het beroepschrift van appellant op 7 januari 2021 is ontvangen, maar dat het poststempel op de enveloppe moeilijk leesbaar was. Na bestudering van de enveloppe concludeert het College dat het beroepschrift op 6 januari 2021 ter post is bezorgd. De termijn voor het indienen van het beroepschrift is echter geëindigd op 4 januari 2021, waardoor het beroepschrift niet tijdig is ingediend.
Het College heeft appellant verzocht om uitleg over de termijnoverschrijding, maar hierop is geen reactie ontvangen. Gezien het ontbreken van feiten of omstandigheden die erop wijzen dat appellant niet in verzuim is geweest, heeft het College geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar uitgesproken op 14 september 2021.