ECLI:NL:CBB:2020:476
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- T.G.M. Simons
- T. Kuiper
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar inzake besluit minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
In deze zaak heeft appellante, een V.O.F. gevestigd te [plaats], verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 31 juli 2019, waarin het bezwaar van appellante tegen een eerder besluit van 12 april 2019 niet-ontvankelijk werd verklaard. De uitspraak van het College op 21 januari 2020 verklaarde het beroep ongegrond op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht. Appellante heeft verzet aangetekend tegen deze uitspraak, wat heeft geleid tot een zitting op 8 juli 2020, waar zij werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde, J.A. Brok. De minister was niet vertegenwoordigd.
Het College heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de minister terecht heeft geoordeeld dat appellante in verzuim was door het niet tijdig indienen van het bezwaarschrift. De laatste datum voor indiening was 24 mei 2019, maar het bezwaarschrift werd pas op 28 mei 2019 ontvangen. Appellante heeft aangevoerd dat er onvoorziene omstandigheden waren die de termijnoverschrijding hebben veroorzaakt, maar het College oordeelde dat de bewijslast voor de datum van terpostbezorging bij appellante ligt. De enkele stelling van de gemachtigde was niet voldoende om aan te tonen dat het bezwaarschrift tijdig was verzonden. Het verzet werd daarom ongegrond verklaard, en het College heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.
De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 21 juli 2020 door mr. T.G.M. Simons, met mr. T. Kuiper als griffier.