ECLI:NL:CBB:2020:24
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursdwang en kostenverhaal bij het niet voldoen aan welzijnseisen voor runderen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 14 januari 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een appellant, h.o.d.n. Firma [naam 2], en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De zaak betreft de uitvoering van een last onder bestuursdwang door de verweerder, die kosten in rekening heeft gebracht voor het transport en de opvang van 74 runderen die van het bedrijf van appellant zijn weggevoerd. De appellant heeft betoogd dat het toepassen van bestuursdwang disproportioneel was en dat de runderen op zijn eigen bedrijf konden worden opgevangen. De verweerder heeft echter voldoende aannemelijk gemaakt dat er geen alternatieve huisvesting beschikbaar was voor de runderen, en dat de kosten voor het transport en de opvang terecht bij de appellant in rekening zijn gebracht. Het College heeft vastgesteld dat de appellant niet heeft voldaan aan de opgelegde maatregelen en dat de kosten voor de uitvoering van de bestuursdwang in beginsel voor rekening van de appellant behoren te komen. De beroepsgronden van de appellant zijn verworpen, en het beroep is ongegrond verklaard.