ECLI:NL:CBB:2019:97
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- J.A.M. van den Berk
- S.M. van Ditmarsch
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende inbewaringneming van schapen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 26 februari 2019 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een veehouder. De veehouder had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat op 16 januari 2019 was genomen. Dit besluit betrof de toepassing van spoedbestuursdwang wegens overtredingen van het Besluit houders van dieren. De veehouder verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, omdat hij vreesde dat zijn inbewaringgenomen schapen aan een derde zouden worden overgedragen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de Minister op 8 februari 2019 al 135 schapen van de veehouder aan een derde had overgedragen, waardoor het verzoek om voorlopige voorziening kennelijk ongegrond was. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen spoedeisend belang meer was, aangezien de schapen al waren verkocht en de veehouder niet kon voorkomen dat de schapen aan een derde werden overgedragen. De schorsing van het primaire besluit werd opgeheven en het verzoek om voorlopige voorziening werd afgewezen zonder zitting, op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
De uitspraak werd gedaan door mr. J.A.M. van den Berk, in aanwezigheid van griffier mr. S.M. van Ditmarsch, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.